Het Wester Jeugdkoor, het Dameskoor en het Gemengd Mariakoor.
Het Wester Jeugdkoor
Het is niet meer precies te achterhalen wanneer er in de Rozenkransparochie een jeugdkoor begon, maar hoogstwaarschijnlijk was de start daarvan in het najaar van 1961. Pastoor Froger had graag een kinderkoor in de kerk, hij nam het initiatief en begon er mee om de twee lagere scholen in Oosterhout-West te benaderen, de Bernadetteschool, een school voor meisjes, en de Sint Nicolaasschool, een jongensschool. Van deze laatste school kreeg hij de steun waarom hij gevraagd had. Ad Oomen, lid van de schola, werd door Adam van den Bosch gevraagd hier dirigent van te worden. In het begin werkten Adam en Ad samen, maar al snel leidde Ad zelfstandig dit koor. De Sint Nicolaasschool gaf alle medewerking en daar werd ook in een klaslokaal en uiteraard na schooltijd gerepeteerd. Aangezien de Rozenkranskerk in de wijk Oosterhout-West te vinden was, lag het voor de hand dat de dirigent een naam bedacht die daarop betrekking had. Het werdhet Wester jeugdkoor.
Het jeugdkoor zong onder andere in oktober het Lof en gezamenlijk met de schola werden op liturgische hoogfeesten de vieringen muzikaal ondersteund. Op het vrij uitgebreide repertoire stond o.a. het veeleisende Transeamus van Hubert Cuypers. Om goed voor de dag te komen moest er heel wat gerepeteerd worden. Voor dat doel schreefAd Oomenthuis op grote flap-overs de muziek en tekst, zodat het voor ieder koorlid goed te lezen en te volgen was. Ook stelde hij, in navolging van wat broeder Vigilius destijds met zijn jongenskoor deed, een rangenstelsel in en dat werkte goed. Enkele enthousiaste en creatieve moeders naaiden van witte stof heuse pijen voor de jongens. Die hingen in het smalle verbindingsgangetje tussen pastorie en kerk. De schola hoopte stiekem dat enkele jongens te zijner tijd over zouden stappen naar de schola maar dat bleek, achteraf gezien, ijdele hoop.
Pastoor Froger was zeer ingenomen met het jeugdkoor, dat aanvankelijk uitsluitend uit jongens bestond en dat zelfs op een bepaald moment maar liefst 42 leden telde! De pastoor vond het dan ook erg spijtig dat Ad na drie jaar reeds het jeugdkoor moest opgeven in verband met een nieuwe werkkring buiten Oosterhout.
Het Dameskoor.
Aangezien het voor de schola op den duur haast ondoenlijk was om alle vieringen in de kerk te verzorgen en omdat de vernieuwingen in de kerk ruimte boden de positie van de vrouw binnen de Kerk te versterken, nam secretaris Karel Vermijs het initiatief om mevrouw Nel van der Meij te benaderen voor het opzetten van een vrouwenkoor(tje). Via mond-tot-mondreclame, lobbyen, veel overleg en bezoeken over en weer kwamen er in korte tijd genoeg liefhebsters die het aandurfden om samen deze opdracht en klus te klaren. Op uitnodiging van het bestuur van de schola vond op 12 oktober 1962 om 15.00 uur in de sacristie van de Mariakerk een kennismakingsgesprek en meteen een eerste repetitie onder leiding van Adam van den Bosch plaats. Het dameskoor was geboren!
Onder leiding van Adam van den Bosch werden door het dameskoor diverse missen ingestudeerd, zodat repertoire ontstond voor bijna elke kerkelijke viering. De dames waren eigenlijk gewoon de lang verwachte ‘reddende engelen’, want voor de schola was de bezetting bij doordeweekse requiemmissen en trouwmissen een groot probleem. Soms waren er maar een paar mannen beschikbaar omdat de meeste scholaleden overdag werkten. Maar ook voor de dirigent Adam van den Bosch werd dit op den duur bezwaarlijk, dus werd er wel eens van dirigent gewisseld. Zo stond ookAd Oomeneen poos voor het dameskoor, totdat hij uit Oosterhout vertrok. Hij werd opgevolgd door broeder Vigilius. En met deze dirigent brak een tijd aan die gekenmerkt werd door regelmaat en vastigheid.
Het is 1987. Het Gemengd Mariakoor bestaat 25 jaar. Na de feestelijke misviering onder leiding van dirigent Huub Leijten worden de dames in de bloemetjes gezet.
Het dameskoor is voor de parochie heel belangrijk geweest. Daarnaast bleek het een heel homogene en gezellige groep. Zo organiseerde het zelf uitstapjes om eens uit te blazen van de doordeweekse kerkelijke vieringen. Het is hier niet de plaats om het dameskoor op hun uitstapjes te volgen, maar het kan wel gezegd worden dat de dames zeer creatief waren in het bedenken en uitvoeren daarvan. Ook het jaarlijks Sint Ceciliafeest werd een festijn met voordrachtjes, zelfgemaakte teksten op bestaande liedjes en vooral veel plezier.
Het dameskoor is tot het laatst toe zeer actief geweest in de Mariaparochie, ondanks het gegeven dat er hoe langer hoe meer Nederlandstalige muziek kwam, die niet altijd met vreugde begroet werd en die soms ook niet goed in het gehoor lag, maar toch op het repertoire kwam te staan. Tot het jaar 2008 toe heeft het dameskoor steeds de vieringen verzorgd. Mede door het gebrek aan aanwas, de klimmende leeftijd en het beperkt aantal van tien leden werd ten slotte met pijn in het hart besloten om als koor te stoppen. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat deze suggestie kwam uit het bestuur van de Schola. Hulde aan het dameskoor dat maar liefst 46 jaar een grote bijdrage heeft geleverd aan de vieringen in de Mariakerk.